Panorama zaandam by Tilemahos Efthimiadis

Dekker’s houthandel

dekker houthandel0
van onze redac­tie: Ruud Meijns

Het is inter­es­sant om een jubileum­boek in han­den te kri­j­gen bijna 50 jaar nadat het ver­scheen. Het boek over de houthandel van de fam­i­lie Dekker ver­scheen in 1955 t.g.v. het hon­derd jarig bestaan van de firma. In 1955 zaten we, tien jaar na de 2e WO, nog volop in de wederop­bouw, alles bloeide en groeide en de houthandel kon het hout overal kwijt.

dekker houthandel6Dit ver­haal begint in West­zaan met de stam­vader van de fam­i­lie Ger­brand Cor­nelisz Boer, genaamd Dekker, die leefde van 1702 tot 1765. Hij bezat al een houtza­ag­molen genaamd ‚De Jonge Dekker’. Diens zoon Cor­nelis Ger­brandsz. Dekker (17361819) zag meer in de graan­han­del, maar was tevens eige­naar van oliemolens en samen met een zwa­ger bezat hij schepen. Zijn klein­zoon, Jan Dekker Ger­brandsz (18011867) bleef op zijn beurt bezig in de graan– en oliehan­del en had een pelmolen.

dekker houthandel1De han­del in hout begint eigen­lijk met Jan Dekker Jansz. (18311887). In West­zaan ston­den in die tijd 15 houtza­ag­molens dus er was genoeg gele­gen­heid om daarmee ken­nis te maken. Zijn vader had voor hem een wagen­schotza­ger¹ ‚Het Witte Schaap’ aangekocht voor f 750,– (gulden). Zo kon hij ken­nis­maken met het vak en de han­del. Het was een gun­stige tijd want de depressie, na de Franse tijd, begon af te nemen. Men begon het land te ontsluiten door wegen aan te leggen zo werd in 1848 Zaandijk, via de com­mu­ni­catieweg, met Bev­er­wijk ver­bon­den. West­zaan was een tussenstop.

In 1852 vond Jan Dekker Jz. dat het moment aange­bro­ken was om op eigen benen te gaan staan. Dat deed hij samen Pieter Donker uit Zaandijk. Hun eerste aankoop bestond uit 102 balken bij de Fa. Bran­t­jes in Purmerend. Twee dagen later lag het vlot met de balken in West­zaan en moesten de heren drie cent per balk aan vlot­loon afreke­nen. Het geza­agde hout werd ter plaatse afgenomen. Enkele jaren later wordt het hout, geza­agd en ongeza­agd ingekocht, al door heel Ned­er­land afgezet.

Het part­ner­schap met Pieter Donker wordt beëindigd en met finan­ciële steun van vader gaat Jan zelf­s­tandig verder. Hij trouwt, koopt grond rond het bedrijf voor uit­brei­d­ing, het ‚Witte Schaap’ wordt opgek­napt en langza­mer­hand wordt het bedrijf groter en win­st­geven­der. Vader Jan Ger­brandsz. Dekker over­li­jdt in 1867.

Vernieuwing

dekker houthandel3Vanaf 1868 begeeft Jan zich in de inkoop van hout uit Zwe­den en Fin­land. Albert Honig, die al geruime tijd in deze lan­den werkzaam was, wordt com­pagnon in de inkoop van balken en geza­agd hout. In 1872 en 1880 wor­den schepen aangekocht, samen met Simonsz. voor het trans­port.
Wind­kracht wordt inge­haald door stoomkracht en broer Ger­brand probeert, zij het in een slecht economisch kli­maat, met de stoomza­gerij ‚De Primus’ in zijn onder­houd te voorzien. Hij gaat fail­liet en Jan neemt met Nolle en van Wessem, de zaak over. In deze tijd wordt het Noordzeekanaal gegraven en Jan zorgt ervoor dat West­zaan hierin betrokken bli­jft door te zor­gen dat het Zijkanaal E wordt uit­ge­bag­gerd. Een ander punt van tevre­den­heid zal zijn geweest dat zijn zonen Jan en Ever­ard in het bedrijf hun toekomst hebben gekozen. Jan Dekker Jansz. over­li­jdt in 1887.

Nieuwe kansen

De broers J.A. en E.C.C. Dekker zetten de zaak van vader Jan voort onder de naam firma J. Dekker Jzn. Aan­de­len van de Primus komen in eigen han­den. In 1895 werd de stoomza­gerij de ‚Nieuwe Jager’ van Van Wessem door de gebroed­ers overgenomen. Tevens werd het com­plex van Cor­nelis Mats, wat rond het Stu­ur­manspad en de Park­straat stond, overgenomen. Hier­door werd de ver­huiz­ing van West­zaan naar de Provin­cialen­weg in Zaan­dam per sept. 1897 mogelijk. Het vooropgezette voordeel was de nabi­jheid van een spoorverbind­ing vanuit Zaan­dam en de havens van de stad die aan de mod­erne tijd waren aangepast.
dekker houthandel4
Op deze foto uit 1930 is te zien de brug over de Nieuwe Vaart van Anna Pawlonas­traat – Boten­mak­ersstraat en direct daarachter de hout­lood­sen van Dekkers Houthandel. Op dit ter­rein zal later plan Groen­land wor­den gebouwd.

In 1911 was de aan­voer van balken alleen al voor de firma Dekker opgelopen tot 55.000 stuks. Met de 1e W.O. kwam het ver­voer over zee tot stil­stand. Door de grote opges­la­gen voor­raad kon Dekker gedurende de eerste oor­logs­jaren nog wel lev­eren. In 1914 wer­den de houtbedri­jven nog wel getrof­fen door een stak­ing. In 1917 besluit J.A. Dekker zich uit de actieve bemoeie­nis met het bedrijf terug te trekken. De lei­d­ing komt nu in han­den van E.C.C. Dekker. Het einde van de oor­log in 1918 werd met vreugde begroet en de lever­antie uit het buiten­land kwam langzaam weer op gang. Omdat er zich vanuit de fam­i­lie geen opvol­ging aan­di­ent wordt de firma in 1921 overgezet in ‘N.V. Dekkers Houthandel’

Het pen­sioen van een arbei­der was geen vanzelf­sprek­end­heid, maar de firma Dekker was in 1908 al voorzichtig begonnen voorzienin­gen hier­voor te tre­f­fen. J.A. Dekker deed tot aan zijn over­li­j­den ver­schil­lende grote schenkin­gen aan het fonds dat hier­voor bestemd was en dat in 1922 een formele struc­tuur kreeg.

In het boek “Geen cel ketent deze dromen”, het dag­boek van de Zaan­dammer Cor Inja wordt verteld over Cor als werkne­mer bij de firma Dekker. Na z’n lagere school begint hij bij Dekker als ‚Stokke­jon­gen’. Hij komt op de interne oplei­d­ing, werkt van 06.00 tot 17.30 uur en heeft 2 vakantieda­gen per jaar. Omdat hij ook avon­don­der­wijs volgt is er wel per­spec­tief bin­nen het bedrijf.
In de jaren ’20 ontwikkelt hij zich tot een actief lid van de doops­gezinde gemeente, van de geheelon­thoud­er­s­bond en is vanaf z’n 18e lid van de Trans­portar­bei­der­s­bond. In die peri­ode zijn er voort­durend con­flicten tussen de patroons en arbei­ders en als hij bin­nen het bedrijf actief wordt en leden probeert te wer­ven, wordt hij van de interne oplei­d­ing afge­haald. In 1925 weigert hij de mil­i­taire dienst en wordt gevan­gen gezet. Daar schri­jft hij z’n dagboek.

Aan het bedrijf wordt een schaverij toegevoegd en in 1924 wordt een tweede schaaf­bank aangekocht. De con­cur­ren­tie in de houthandel is groot. De hou­t­ex­porterende lan­den gin­gen zelf over om te zagen en daar­door wordt de aan­voer van balken bemoeilijkt.

dekker houthandel5Een nieuw kan­toor aan de Provin­cialen­weg wordt in 1928 in gebruik genomen. De hout­sec­tor in de Zaanstreek wordt in 1929 met een lang­durige stak­ing gecon­fron­teerd. Direct gevolgd door een grote cri­sis in de jaren ’30. In 1931 over­li­jdt E.C.C. Dekker. De direc­tie besluit fil­ialen in het land op te zetten voor een ver­be­ter­ing van de dis­trib­u­tie. Ondanks alle maa­trege­len wor­den de orders min­der en kleiner, bezuinigin­gen zijn noodza­ke­lijk. Maar alweer gooit een grote oor­log roet in het eten. In de 2e W.O. wordt het bedrijf gecon­fron­teerd met de hout­dis­trib­u­tie. Tien jaar na z’n broer over­li­jdt J.A. Dekker.

Pas in 1949 wordt de hout­sec­tor weer vrij gegeven na de beperk­ende maa­trege­len van de oor­log. In 1955 kan het eeuwfeest gevierd wor­den en een jaar later hield de firma in deze vorm op te bestaan. Kort daarna maakt Dekker aan de Provin­cialen­weg plaats voor stadsvernieuwing. Het com­plex wordt in 1958 gesloopt.

Konin­klijke Dekker

Inmid­dels is het bedrijf Konin­klijke Dekker Hout gewor­den en zet het zich in voor het milieu en neemt bin­nen haar activiteiten de volle ver­ant­wo­ord­ing om te let­ten op de bescherming hier­van. Daar­naast volgt zij de milieuprob­lematiek in de herkom­st­ge­bieden van haar hout op de voet en waar nodig, biedt zij haar afladers de helpende hand bij het hanteren van een goed bos­be­heer en een ver­ant­wo­orde ver­w­erk­ing van haar pro­duc­tie.
Dekker Hout is lid van FSC Ned­er­land Deze sticht­ing is een ini­ti­atief van bedri­jven, het Wereld Natuur Fonds, de Novib en Milieude­fen­sie en waar de milieu-​, ontwik­kel­ing­sor­gan­isaties en bedri­jven samen­werken. De deel­ne­mers zijn toon­aangevende bedri­jven uit alle sec­toren van de markt

Uit: Hon­derd jaren Dekker’s Hout, 18551955, door Dr. M.A. Verkade.
Konin­klijke Dekker
Beeld­bank gemeen­tearchief Zaanstad
Cor Inja: „Geen cel ketent deze dromen.”

¹On­der wagen­schot wor­den eiken­houten planken ver­staan van een bij­zon­dere kwaliteit.

Joomla tem­plates by a4joomla