H. Gerhardstraat.
Van onze redactie: Ruud Meijns
Hendrik Gerhard wordt wel de vader van het socialisme in Nederland genoemd. Hij is geboren te Delft op 11 juni 1829 en overleden te Amsterdam op 5 juli 1886. De familie Gerhard was generaties lang kleermaker. Niet alleen zijn vader, maar ook zijn groot– en overgrootvader hanteerden naald en draad.
Hij voltooide zijn opleiding in het gereformeerde weeshuis te Delft. In 1851, op bijna 22-jarige leeftijd, verliet hij het weeshuis. Hij zwierf door Europa om bij diverse kleermakers in de leer te gaan. Gerhard trouwde in 1858, in Zwitserland, met Susanna Stehli.
In oktober 1866 werd Gerhard lid van de vrijdenkersvereniging De Dageraad. Begin 1869 zette hij in een aantal lezingen in De Dageraad zijn materialistische maatschappijvisie uiteen. Zijn ideeën waren gematigd. Hij was een bedachtzaam mens en stond een geleidelijke invoering van het algemeen stemrecht voor. Als bestuurslid van de Internationale was hij jarenlang degene die, mede door zijn talenkennis, de contacten met het buitenland onderhield.
Door zijn actieve rol en geuite opvattingen was Gerhard voor de buitenwacht de spreekbuis van de radicale arbeidersbeweging geworden. In september 1872 werd Gerhard daarom ontslagen. Als reden voor het ontslag gold dat door zijn aanwezigheid op een congres van de Internationale in Den Haag een opdracht was blijven liggen. Ondanks de soms eindeloze strijd tegen armoede liet hij zijn beide oudste zoons voor onderwijzer studeren.
In 1878 werd Gerhard zwaar ziek. Als gevolg van een aandoening van het zenuwgestel kreeg hij verlammingsverschijnselen. Zijn beroep kon hij niet meer uitoefenen omdat hij niet meer lang in de vereiste houding kon zitten. Er verliepen enige jaren, waarin weinig meer van Gerhard werd gehoord.
Op 5 juli 1886 stierf hij. Dominee Domela Nieuwenhuis schreef: ‚Gerhard was zoo niet de knapste, dan toch één der knapste en meest ontwikkelde loonslaven, die op de wereld geleefd hebben’.
Foto: H. Gerhardstraat, Ruud Meijns
Bron: IISG