Tweeling Koelemaij 90 jaar
Bron: NHDagblad 17 oktober 2005
De tweeling Kees en Annie Koelemaij zijn op 11 oktober 2005 90 jaar geworden. Een unieke leeftijd voor een tweeling en dat werd gevierd. Loco-burgemeester Judith Schoute kwam om namens de Gemeente een felicitatie over te brengen. Kees Koelemaij woont nog steeds in het geboortehuis aan de Prins Hendrikstraat; zijn zus Annie verhuisde na haar huwelijk en zij woont in Voorburg.
Van onze redactie, Greet Plekker-van Sante
Geboren op 11 oktober 1915, een tweeling! Dat was groot nieuws in de Prins Hendrikstraat in Zaandam. Ter gelegenheid van de 90e verjaardag van de tweeling gaan we een bezoekje brengen aan Kees die nog altijd in het huis aan de Prins Hendrikstraat woont. Er waren nog 2 zussen en 1 broer in het gezin. Vader werkte bij Terwee’s Theehandel. Hij was ‚reiziger’ zoals dat vroeger heette. Op de fiets en met een karbidlantaarn als enige verlichting, ‚s avonds waren de wegen nog niet zo goed verlicht als tegenwoordig.
Geboren in de Eerste Wereldoorlog, maakte het gezin ook de Watersnoodramp mee. En natuurlijk had Kees het plaatjesboek van Terwee over de Watersnoodramp van 1916. Kees maakte de Handelsdagschool af. Hij werkte in de vakanties ook bij Terwee. Na het beëindigen van zijn school ging hij werken bij Albert Heijn, in de Oostzijde op 11 september 1933. Tot zijn pensionering heeft hij 47 jaar bij Albert Heijn gewerkt, op de afdeling Sociale Verzekering. Kees Koelemaij heeft altijd geleefd volgens het motto: eenvoudig en netjes. „Doe maar gewoon.”
Een Kaderondje
We praten over de ‚toestand in Zaandam’ en maken in ons gesprek een ‚Kaderondje’. Hoe was het om in deze buurt te wonen?
Op de Burcht was vroeger de veiling van groente en fruit. Daar waren een aantal steigers, waar boten konden aanleggen. Later werd ook de loswal gemaakt. Een idee van loco-burgemeester Prins, die ook in de Prins Hendrikstraat woonde. De veiling werd verplaatst naar de loswal en tot in de jaren 60 stond vooral ‚s morgens de loswal vol met kisten en kratten groente en fruit. (De veilinghal is tegenwoordig de Aldi supermarkt.)
En op de Prins Hendrikkade waren ook nog een tweetal bruggen in de weg, zodat hoog opgeladen houtboten naar de achtergelegen houtloodsen konden varen. De houtloodsen waren tussen de Prins Hendrikkade en de Zuiddijk. Op de Kade, in de straat dus, werd dan de paal naar beneden gelaten, de brug ging omhoog zodat het de dekschuiten erdoor konden.
De muziekbuurt was nog niet gebouwd. De Ganzenwerfstraat was aan de Kadekant een doodlopende weg. Met een hek afgesloten en daarachter was de uitspanning Thalia, café en speeltuin. (Later confectieatelier van E. Blaes en nu wooneenheden.)
Met het verdwijnen van de houtloodsen zijn de sloten gedempt en de muziekbuurt gebouwd. Bij de Ganzenwerfstraat werd een plantsoen aangelegd, het Prins Hendrikplantsoen, en de straat kreeg een doorgang met de Kade. Markante plek was ook het huis op de hoek van de Ganzenwerfstraat en Kade van de familie Bart (later van schoonzoon Lakemond), schipper van de „Time is money”- en de „Always ready”- sleepboten die aan de Kade lagen afgemeerd. Dan natuurlijk ook de paardenhoefsmederij van de heer Grimbergen, waar je regelmatig paarden in de ‚wacht’ zag staan als je er langs ging. En de speciale geur die uit de smederij kwam. Hier was later de garage van de heer Mulder, maar die is ook al gesloten.
Tegenover het Kattegat was een pontveer, waar de overzetter de heer Smit werkers bij de houtloodsen op het eiland (William Pont, Gras Houthandel, en ook een paar huisjes voor werknemers), maar ook de badgasten voor het open zwembad op de kop van het eiland, naar de overkant bracht. Gratis. Als er ‚s nachts iemand naar de overkant moest werd de roeiboot ingezet die naast de aanlegsteiger lag. Het zwembad van de heer Pesie en later Bellaart was een druk bezocht zwembad waar schooljeugd van april tot oktober soms iedere dag ging zwemmen. Men had dan een seizoenabonnement. De heer Bellaart woonde in de kleine huisjes tegenover het pontje.
Op het laatste stuk van de Kade woonde op nr. 72 de familie de Boer. De heer de Boer had een groentewinkel in de Oostzijde, nabij de Halstraat, maar hij ging ook met de kar langs de huizen in de buurt.
Op het eind de aanlegsteiger met het pontje van Schaap, waarvoor men wel moest betalen. Afhankelijk van waar je naar toe moest. Maar voor een snelle oversteek naar het badhuis moest je 10 cent betalen, en dat had je als kind meestal niet. Dus moest je met het gratis pontje en het ‚hele’ stuk lopen. Het pontje van Schaap voer van de Prins Hendrikkade naar het Badhuis, naar de Haven, het Vissershop en weer terug naar de Kade.
Als we dan naar de Prins Hendrikstraat gaan, dan woonde in het tweede stuk melkboer Brouwer. De heer Brouwer en zijn vrouw ventten melk uit met een kar. Maar als je iets was vergeten of tekort kwam dan kon je altijd even achterom komen na sluitingstijd.
Op het hoekje van het Skager Rak was dan de sigarenwinkel annex kantoorartikelen van wielrenner Cor Bakker. En aan de overkant van het kruispunt kruidenier Klaver. Waar je, ieder op zijn beurt, geholpen werd aan je boodschappen. En ook op de ‚pof’ kon kopen als het even ‚niet uitkwam’. „Schrijft u het even op?”, zei men dan. Maar men kon dan ook de kinderen om een boodschap sturen. Dan was er nog een snoepwinkel, petroleumwinkel, een eierboer, de brede poort in de straat daar was de Reiniging.
Palingboer Prins woonde er ook en op zondagmorgen ging men vers gerookte paling halen. Prins had zijn ‚versbakken’ of ‚karen’ in de Zaan liggen naast het pontje, als een drijvend eiland. Hij had een viskar op de hoek vóór de Wilhelminasluis.
Als kind wilde Kees met zijn vrienden wel voetballen in de straat, maar er woonden 7 agenten in de straat en voetballen was verboden! Twee huizen verder was de banketbakkerswinkel van Kok. Later is de winkel van Kok verhuisd naar de Zuiddijk, waar nu nog steeds banketbakker Landsaat gevestigd is. En hoeveel kinderen uit de buurt hebben er niet pianoles gehad van mevrouw Afra Thomas?
Het was een drukke straat in vroeger jaren, niet door het autoverkeer, maar door de mensen die naar de winkeltjes, de school of verder in de wijk liepen. Tegenwoordig is de straat zeer rustig.
Op het Kattegat was een fröbelschool en lagere school met een schoolplein ervoor en aan het eind van het Kattegat de sigarenfabriek van Justus van Maurik. Het hoge pand staat er nog.
In de Luilaknacht gingen we bij warme bakker Mensink op het Kattegat vers gebakken bollen halen en warm opeten, heerlijk was dat.
En daar woonde ook schoenmaker Holtkamp. Men kocht niet zo gauw nieuwe schoenen als er nog gelapt kon worden.
Maar, zo zegt Kees Koelemaij, weet jij ook nog dat er harddraverijen met ringsteken waren op de Prins Hendrikkade? Dat was groot feest. Later zijn die harddraverijen naar de Stationsstraat gegaan. In de Luilaknacht en Pinksterweekend.
En we hadden hier ook de Ronde van Zaandam, wielerwedstrijd en onze eigen Cor Bakker heeft die wel eens gewonnen. Dat was prachtig.
In 1949 is het echtpaar Koelemaij getrouwd. De woningnood was in die tijd zó hoog dat er woonruimte gevorderd werd, door de Gemeente, bij mensen die wel een kamer konden missen van hun huis. Het echtpaar Koelemaij kon op de bovenverdieping van het ouderlijk huis intrekken. En daarmee ook de zorg voor zijn moeder op zich nemen. En zo is het gekomen, dat zij nog steeds in het ouderlijk huis wonen, dat uiteraard nu hun eigen huis is.
In de jaren 1947 tot 1957 is de regeling van kracht geweest dat de Gemeente woonruimte kon vorderen waar dat ‚gevonden’ werd.
Zo zijn we weer thuis van ons ‚Kaderondje’. Het was een prettig gesprek en we hopen dat de lezers van De Zuidkanter dit rondje op prijs stellen.
N.b.(red.) De heer Cornelis Maarten (Kees) Koelemaij is op 27 december 2010 overleden op 95 jarige leeftijd. Mevrouw Lilly Koelemaij-Besanger is op 16 oktober 2011 overleden, op 90-jarige leeftijd