Tine Pauwels keramiek
Van onze redactie, door Maaike Bakker
‘Wat, je zegt dat ik dat niet kan? Echt wel!’
Ik heb een interviewafspraak met Tine Pauwels, kunstenares en lerares keramiek. Ik kom aan bij een woonhuis, waarvan de voortuin voorzien is van keramiek. Ik ben vast bij het goede adres. Binnengelaten zie ik schilderijen hangen en ook keramiek staan. In de achtertuin staat ook keramiek en het tuinhuis is een atelier. “Mijn hele huis is een atelier. Boven heb ik een etskamer, in de schuur staan een oven en een spuitmachine en in mijn tuinhuis een keramiekmakerij.”
Kunst was geen beroep
“Als kind was ik al creatief. Ik maakte onder andere wandkleden en kussens. Ik mocht niet naar de kunstacademie. Kunst was geen beroep. Daarom werd ik kinderverzorgster. Later ben ik adjunct directeur geworden van een kinderdagverblijf. Dat werk beviel me niet en daarbij kwam ik alleen te staan en was mijn zoon van twee vaak ziek. Doordat laatste kon ik een vaste baan niet bolwerken. Ik ben toen begonnen met vrijwilligerswerk in het buurthuis van de molenwijk van Oostzaan. Dat is al ca. 40 jaar geleden. Ik gaf toen brooddeegles in de peuterspeelzaal. Ook kleedde ik poppen aan. Als vergoeding mocht ik een opleiding volgen. Ik heb schilderlessen gevolgd bij Ies Meijer in Amsterdam. Daar heb ik goed leren kijken. Mijn moeder was later toch trots op me. Tijdens die opleiding heb ik een zelfportret gemaakt, dat ze wilde hebben. Ze wilde niet dat het bij een van mijn zussen kwam te hangen. Ook heb ik scheikunde gevolgd. Om te leren glazuren. Geboetseerd steengoed is vergankelijk. Geglazuurd steengoed (keramiek) is blijvend. Je kunt een glazuurlaag in verschillende kleuren krijgen door verschillende oxidatieprocessen op gang te brengen.”
Vrijwilligerswerk
“Ik ben van het ene vrijwilligerswerk in het andere gerold. Veel met kinderen en kunstprojecten op scholen. Onder ander bij: de Kweekvijver, de Gouwschool, de Voorzaan en de Herman Gorterschool. Ook heb ik 22 jaar lesgegeven in buurtcentrum de Bres in Oostzaan. Ik hoefde nooit ergens achteraan te gaan, ik werd overal voor gevraagd. Ik heb meegewerkt aan het landelijke project ‘kunst op je gezondheid’ om (verstandelijk) gehandicapten een breder publiek voor hun kunst te laten aantrekken. Ik werkte zelf met verstandelijk beperkten. Die had ik gewoon in mijn klas. Dat vonden sommige mensen wel wennen, zo’n gemengde klas. Een aantal bleef weg en in de kantine werden we tijdens de pauze ook eerst bijna weggekeken. Later niet meer. Ik vond het zelf een fantastische ervaring. Ik leerde ze keramiek, tekenen en schilderen. Ik had contact met mensen van Fred’s winkeltje in Purmerend en met mensen van de gemeente. Zodoende hebben we een expositie geopend. Daar heb ik nog een prijs voor gekregen van de gemeente. De aanmoedigingsprijs.
Ook heb ik meegeholpen bij de opzet van de Oostzaanse kunstkring (S.O.K.)
Verder ben ik gevraagd om een rekwisiet te maken voor de documentaire over Annie M.G. Schmidt. Ze kreeg in die documentaire een prijsbeeld. Die ze vervolgens stuk gooide.
„Voordat zo’n opname eenmaal goed is… ik heb een aantal exemplaren van die prijs moeten maken.”
Foto: Beeldje voor de documentaire over Annie M.G. Schmidt.
Uitdaging
“Ik ben een beetje een typ van: ‘Wat, je zegt dat ik dat niet kan? Echt wel!’ Tijdens een tentoonstelling ben ik in contact gekomen met een etser, daar heb ik van leren etsen. Ik heb me ook de Japanse methode van glazuren eigen gemaakt, het zogenaamde raku. Ik heb een keer een beeld van 2 meter gemaakt, die moest in stukken gezaagd naar beneden worden gebracht. Ik wil altijd nog beter worden, in technieken en in glazuren uitproberen. Ook zodat ik een ander kan uitleggen hoe ze het moeten doen.”
Kunst
“Kunst is tegenwoordig eigenlijk nog steeds geen beroep. Je moet wel les geven om te overleven. Ook exposities houd ik voor de verkoop. Exposities uitdragen doet me ook goed. Ik heb twijfel en ben benieuwd wat een ander er van vindt. In het begin zette ik wat ik niet mooi vond in de wc, bleek bezoek het wel mooi te vinden. Aan de andere kant, smaken verschillen nou eenmaal. Ik ben niet vergroeid met mijn werk; als het breekt, dan breekt het. Kunst ontstaat. Soms heb ik iets in mijn hoofd en wordt het al makende iets heel anders. Zelf vind ik wat ik het laatst gemaakt hebt, het mooist. Vaak geef ik mijn kunst geen titel, dat laat de fantasie vrij.”
Cursus keramiek
“Ik geef al 25 jaar les. Keramiek cursussen van 10 lessen. Ik leer de cursisten de basis technieken. Bijvoorbeeld het maken van een ronde pot of het maken van vlakken.
Dan laat ik ze zelf aan de gang gaan. Ik geef geen opdrachten. Ik begeleid ze bij het maken van hun kunstvoorwerp en let op de verhoudingen. De sfeer in de groepen is heel
sociaal. Je bent zoals je bent. Het maakt niet uit wat je maakt of hoe lang je over iets doet.
“Stoppen? Ik moet er niet aan denken om niets te doen. Zo lang ik er lol in heb, doe ik het.”