Panorama zaandam by Tilemahos Efthimiadis

Knuffel­beesten
Gesprek met een buurtbuschauffeur

bus3We zijn al twee haltes gepasseerd zon­der dat iemand in of uit wilde stap­pen. Bij de vol­gende halte ga ik toch een paar minuten wachten anders kom ik te vroeg bij de rest van de rit. Nie­mand staat op een bus te wachten die te vroeg komt. Dat is nog verve­len­der dan een die te laat komt.
Achterin zit­ten drie jon­gelui. Twee mei­den van bijna twintig en een jon­gen die duidelijk pubert. Voorin zit­ten twee dames op leeftijd.
De radio speelt zacht­jes, de djs klet­sen wat met elkaar. Er heerst rust in de bus. De vrouwelijke dj was duidelijk te horen toen ze vertelde over een artikel dat ver­sch­enen is in een medisch vak­blad waarin wordt beweerd dat knuffel­beesten een gevoel van vei­ligheid bevorderen waar­door je slaap ver­betert en dat het ook voor vol­wasse­nen gun­stig is.
Ik glim­lach en denk aan mijn dochter die van een knuffel­beest houdt.

“Hoor je dat, Bas?” gilt een van de mei­den achterin op tre­i­t­erige toon, “Je mag je Pluchje houden tot in je oud­er­dom!”
“Hou op zus,“ roept hij met rood hoofd terug, “waarom ligt Snoe­fje Konijn nog altijd bij jou op bed dan?”
“Om mijn slaap te bevorderen knul, heb je niet geluis­terd daar­net, het is weten­schap­pelijk bewezen,” en ze lacht naar hem, “herin­ner je je hoe je moest huilen toen je dacht je Pluchje kwijt te zijn?”
“Hou op zus,“ roept Bas weer, alsof hij gewend is ger­aakt om haar zo te adresseren, “ik was toen pas acht en Pluchje lag op school en ik had hem de vol­gende dag terug.”
“Maar mama moest eerst de school bellen en de con­ciërge laten zoeken tot­dat je gerust­gesteld was toch? Wat een lawaai voor een pluche dier!” en ze lacht erg hard.
Maar de anderen lachen niet mee.
“Ooit had ik Lam­metje van wie ik ontzettend veel hield,” sprak de andere meid zacht­jes, “Op een dag kwam ik thuis uit school en Lam­metje was weg. Mijn moeder had een opruim­bui en zo is Lam­metje is de kled­ing­bak beland. Ik heb hem nooit weer gezien. Mijn moeder zei dat het goed is om din­gen weg te geven en dat een ander daar plezier van kan hebben, dus ik hoop dat het zo is, want van Lam­metje had ik veel plezier,” eindigt ze haar tri­este ver­haal.
“Arme ziel,” zei een van de dames op leeftijd, omdraaiend en turend naar dat mei­dje.
Bas zegt medelevend, “Ik zou Pluchje nooit kwijt willen raken.”
Zusje lacht hardop, maar de dames op leeftijd kijken haar afkeurend af. Er valt weer een stilte in de bus en ik rij voort.
Ik denk ineens aan de buurvrouw die hoog bejaard naar een zor­gin­stelling moest ver­huizen en hoeveel ze naar haar lieve poes ver­langde. Van een fam­i­lielid kreeg ze een knuffelpoes en toen lag ze tevre­den in haar bed met het beestje op de borst, rustig te slapen. Er zit wel wat in dat weten­schap­pelijk onder­zoek. Een knuffel­beest.
Miss­chien moet ik er een­tje aan­schaf­fen? Van mijn eigen jeugd heb ik niks over. Een­tje red­den van de kringloop­winkel? Iro­nisch, als ik iets terug vind van mijn eigen dochters jeugd. Dat zal mij vast betaald zetten voor mijn diverse opruim­buien.
Toe­val­lig passeren we op dat moment een kled­ing­bak die wordt geleegd door een truck van het Leger des Heils. Goed doel. Recy­cling. Een ander een plezier doen.
We rij­den rustig voort.

Joomla tem­plates by a4joomla