Cacaostaking in Wormerveer
Van onze redactie: Ruud Meijns
In de jaren ’30 waren stakingen niet ongewoon. De crisis van 1929 duurde voort, de economie leverde voortdurend in en lonen werden verlaagd. Vooral in bedrijven met veel werknemers probeerden de werkgevers de loonkosten te drukken. In de cacao-industrie, waar veel handen uiteindelijk tot repen, bonbons en ander snoepgoed moeten leiden, waren verlagingen van salarissen niet ongewoon.
De meisjes van Pette (1.)
De krant De Zaanlander van 27 januari 1932 meldde dat het maandag 25 januari al broeide in Wormerveer, maar dat nu het werk door 125 meisjes van Pette’s chocoladefabriek was stil gelegd. Ze waren het oneens met de wijziging van het premiestelsel. Onaangekondigd was er 1⁄3 gekort op de lonen. De mannelijke werkers staakten niet.
De directie probeerde de meisjes met de belofte dat ‘het wel goed zou komen’ weer de fabriek in te krijgen , maar daar werd niet op ingegaan. Daarna ging men over tot het sturen van een ontslagbrief aan de staaksters met de mededeling dat een ieder die het werk niet op maandag 1 februari zou hebben hervat, ontslagen zou worden.
Het mannelijk deel van het personeel was georganiseerd, maar de meisjes grotendeels niet. Zij werden in hun strijd gesteund door de R.V.O. (2.) een communistische organisatie die er fel inging. De directie van Pette wilde eigenlijk niet met deze bond in zee gaan want het grootste deel van het personeel was bij de gevestigde en traditionele bonden aangesloten.
De inpakafdeling in 1924
De grieven van de werksters waren niet alleen gericht op de vermindering van het salaris, maar ook op de productiemethoden. Sinds enige tijd had Pette een Duitse ‘rationalisator’ in dienst die de productie wilde stroomlijnen. De werksters konden het met deze nieuwe manier van werken soms niet bijhouden. De eisen die aan de directie gesteld werden waren:
- Afschaffing van het huidige premiestelsel
- Vast loon voor meisjes boven de 18 jaar van f 15,- p.w. en beneden de 18 jaar f 12,- p.w.
- Geen rancune maatregelen en
- Verbetering van de hygiëne in de fabriek
Uiteindelijk werd er toch door de directie met de R.V.O.-stakingsleiding onderhandeld. Een eerste voorstel van de zijde van Pette werd door de staaksters afgewezen. Na een nieuw overleg kwam men tot overeenstemming.
- Beëindiging gerationaliseerde produktiesysteem, afzondelijke taken voor iedereen
- Afschaffing van het nieuwe tarief en herinvoering van het tarief van vóór 5 december 1931
- Wel een loonsverlaging, maar nu van 10%
- Geen rancune maatregelen
Foto met dank aan Nico de Haan
Een andere eis van de staaksters was dat de overeenkomst op papier zou worden vastgelegd.
De maandag daarop (1 februari 1932) werd het werk weer hervat.
Het waren onrustige tijden in Wormerveer want niet alleen bij Pette werd gestaakt. Ook bij chocoladefabrieken De Jong, Boon, bij zeepfabriek Jan Dekker, bij oliefabriek De Toekomst was onrust vanwege loonsverlagingen.
(1.) Pette was een chocoladefabriek te Wormerveer, opgericht door de familie Pette in 1872 als Chocoladefabriek J. Pette Hzn. In 1937 viel, ten gevolge van toegenomen concurrentie en de gevolgen van de economische crisis, het doek voor Pette en werd het bedrijf overgenomen door de firma Boon. (Wikipedia)
(2.) R.V.O. Revolutionaire Vakbondsoppositie, ook wel Roode Vakbonds Oppositie. De R.V.O. was een communistische vakbond en werd gesteund door het dagblad De Tribune, dat bijna dagelijks met opzwepende artikelen de strijd gaande hield en oppositie voerde tegen de ‘gevestigde vakbonden’ die in hun ogen ‘samenzweerden’ met de bazen.
Foto’s: Gemeente Archief Zaanstad, Catawiki