Panorama zaandam by Tilemahos Efthimiadis

Van kabel­gat naar kralingen

Volk­skrant, 21 maart 2009

Excuus, jon­gens en meis­jes, nog één keer de jaren zes­tig, dan houden we er echt over op. Trouwens, jaren zes­tig? De foto in het album op www​.kabel​gat​.nl werd genomen ergens tussen 25 en 29 juni 1970. Het feest van de six­ties liep al zo’n beetje op zijn eind. Door de pech van de late geboorte had ik veel van de hoogtepun­ten – gulzig – moeten opzuigen via krant, tele­visie of Hitweek, maar van déze his­torische gebeurte­nis maakte ik volop deel uit.

We zien, van links af op de foto, Rob Vreeken, Paul Vreeken, Cor Reijn, Nico Snel. Met ver­rek­ijker Ben Rozema, naast hem René Lo-​a-​fat en Pieter Groe­newold. In het mid­den staat een boom­tak in de grond geplant, bovenin hangt het micro­foon­tje waarmee Dirk Piets de muziek opneemt. Canned Heat? Jef­fer­son Air­plane? The Byrds?

Hoe alle anderen op de foto heten weet ik niet, daar­voor waren het er te veel, de pak­weg hon­derd­duizend bezoek­ers van het Ned­er­landse Wood­stock, het popfes­ti­val in het Kral­ingse bos.

kralingen

Onze del­e­gatie was per vol­ge­laden hip­piemo­biel, een van bin­nen met zil­ver­folie bek­lede Volk­swa­gen­bus, uit Zaan­dam gekomen. Met een beetje goede wil pas­ten er eind jaren zes­tig 27 stuks lang­harig tuig in één beschilderd VW-​busje. Kom daar nog eens om, van­daag de dag.

Onze thuis­ba­sis was het Kabel­gat, een alter­natief jon­ger­en­cen­trum tegen­over het gemeen­te­huis aan de Burcht, van het soort dat in veel andere plaat­sen ‘Provadya’ heette. Het alter­natieve bestond eruit dat we niet naar Cliff Richard luis­ter­den maar naar de Soft Machine, ver­sleten spijk­er­jas­jes droe­gen met een pakje Sam­son in het linker borstza­kje, geen bier dronken maar chocomel, en geen dans­vloer had­den maar een ger­afeld Perzisch tapijt, waarop we aan een joint of een chillum lagen te lurken. Geen kroegeige­naar, geen jeugdlei­der: we waren – 16, 17, 18 jaar oud – eigen baas. We had­den veel lol en deden geen vlieg kwaad.

Regel­matig wer­den we in elkaar ges­la­gen door de vetkuiven, jon­gens uit de Kruger­bu­urt en het Vis­ser­shop met buikschuiv­ers en zwartleren jekkers. Zo’n twee keer per maand dron­gen zij het Kabel­gat bin­nen en iedereen die op hun stan­daard­vraag ‘Had je praat­jes?’ een ver­keerd antwo­ord gaf (elk antwo­ord was ver­keerd), kreeg een klap op zijn muil. Terugslaan deden we niet, maar met ide­ol­o­gisch paci­fisme had dat niets te maken: we meen­den dat de lol er dan na enige tijd wel af zou zijn, een strate­gie die bleek te werken.

Aan poli­tiek werd amper gedaan. We liepen eerder warm voor de Rode Libanon dan voor het rode vaan­del, en mijn lp’s van Traf­fic en Moby Grape kon ik me veroorloven door­dat ik in Zaandam-​Zuid Het Nieuws van de Dag rond­bracht, de Ams­ter­damse – maar daarom niet min­der neo­fascis­tis­che – edi­tie van De Telegraaf.

Lat­ere gen­er­aties smelten de sym­bolen van de jaren zes­tig vee­lal samen tot één amal­gaam. Ze zijn er – niet zelden met veront­waardig­ing – van over­tu­igd dat alle baby­boomers én het Maag­den­huis bezetten én naar India lift­ten én demon­streer­den voor Viet­nam én aan part­nerruil deden én op de Dam sliepen én een rook­bom gooiden naar de Gouden Koets én lid waren van Nieuw Links en D66 en de CPN, én dat ze later alle­maal zelfvoldaan op het pluche van een min­is­terie zijn beland.

Het is een gen­er­a­tionele com­plot­the­o­rie die met de werke­lijkheid niets van doen heeft. Zelfs als dat ‘én’ door ‘óf’ wordt ver­van­gen is het nog over­dreven, en dat ook het pluche een fabeltje is, zal ik weer eens kun­nen con­stateren op 31 mei in De Kade, wan­neer het Kabel­gat een reünie houdt, forty years after.

Dan zal blijken dat het lang­harig werkschuw tuig alle­maal lood­gi­eter is gewor­den, post­bode, huis­arts, huisvrouw, jour­nal­ist, kleuter­lei­d­ster, verzek­er­ingsagent, chef-​kok, ler­aar. Ze kre­gen kinderen, miss­chien al kleinkinderen, en als je vraagt wat het mooiste moment was van de jaren zes­tig, zal iemand zeggen: toen de zon op maandag­mor­gen 29 juni opkwam achter de bomen van het Kral­ingse bos, op het gol­vende ritme van The Moon in June, ter­wijl Robert Wyatt met zijn hese stem een grasveld vol ont­wak­ende slaapza­kken betoverde.
Daarna houden we er over op.

Joomla tem­plates by a4joomla